Een betonvloer vlinderen die vol in de zon ligt, is riskant. Het kan gebeuren dat het eindresultaat plaatselijk suboptimaal is. Precies dat gebeurde. Daarom ben ik op weg naar de bouwmaterialenhandel voor reparatiemortel. De aannemer met wie ik het vloertje vlinderde, tierde op de zon. De woorden die hij daarvoor gebruikte, zal ik hier niet herhalen. De schade valt trouwens mee. Komt wel goed. En wat de zon betreft: die kan er niks aan doen dat ‘ie schijnt. Geniet ervan, zou ik zeggen, zeker nu.

De sfeer bij de bouwmaterialenhandel neigt ook naar suboptimaal. Ligt niet aan de zon, maar aan de almaar stijgende prijzen, de zorgen daarover. Deze zorgen leven ook op de bouwplaats. Dat begon vorig jaar al met duur hout en staal. “Dat kan zo niet doorgaan,” verzuchtte menig collega hoofdschuddend. Toch ging het door. Tegelijk met het recente stijgen van de brandstofprijzen nam het hoofdschudden toe. Veel bouwvakkers maken zich zorgen. Ze weten echter niet goed tot wie ze zich daarmee moeten wenden. De zon kan er niks aan doen en de ‘economie’ is een te vaag iets.

Achter de balie staan drie medewerkers. Ik wacht. Na een saaie minuut kruipt de jongste achter zijn scherm vandaan terwijl hij zijn licht geïrriteerde blik op de andere twee richt. “Ik denk dat het jouw beurt is,” zeg ik. Hij kan er niet om lachen. Niettemin wijst hij me zonder vervelende vragen te stellen de weg in de wereld van reparatiemortels. Terug bij de balie vraag ik hem of ze al merken dat de afname van bouwmaterialen terugloopt. Hij ontwijkt mijn vraag, dus ik gooi ‘m nog maar een keer op. “Ja,” antwoordt hij aarzelend met een schuine blik naar zijn collega’s. “Je durft bijna niet meer naar de actuele prijzen te kijken. Het is telkens weer schrikken. Ik denk dat er binnenkort veel stil komt te liggen.” Ik denk dat het zo’n vaart niet zal lopen, maar ik heb dan ook geen verstand van zoiets vaags als de economie.

“Nederland wordt door de hogere energie- en brandstofprijzen gewoon armer,” hoorde ik hoogleraar economie en overheidsfinanciën Bas Jacobs onlangs zeggen. “Aan dat verlies is helemaal niets te doen.” Jacobs pleit voor acceptatie van dat onvermijdelijke verlies. Tel je zegeningen, zei mijn oude baas altijd. Dus dat doe ik dan maar. De eerste zegening is het voorjaarzonnetje dat me toelacht als ik de bouwmaterialenhandel verlaat. De zon komt voor nop op, kost me niks, sterker nog, dankzij de zon heb ik nu een reparatieklus.

Edwin Timmers